Empowerment: Zelf doen, maar niet alleen



Bij het versterken en verstevigen van uw eigen ik, bent u in de eerste plaats zelf erg belangrijk. Hoe gaat u om met uw ziekte of aandoening? Hoe geeft u dat een plek? Hoe kunt u mogelijkheden (leren) zien tegenover de dingen die niet meer kunnen of te lastig geworden zijn? Uzelf sterker, steviger zien te maken, daar gaat het om bij empowerment. Maar dat hoeft u niet alleen te doen. Familie, vrienden en kennissen zijn hierbij van groot belang. Hulpverleners en woonbegeleiders worstelen soms met eigen normen en waarden, eisen van de instelling of financiële beperkingen. Zeker in deze tijd van bezuinigingen is dit wellicht meer te merken. Een familielid of vriend, die én goed op de hoogte is én zeer betrokken, kan vaak iets extra’s voor u betekenen. Lees hieronder een paar relevante praktijkvoorbeelden.


Thea heeft een broer, Wilco, die al jaren beschermd woont. Sinds enige tijd kan Thea meer tijd besteden aan haar broer doordat ze minder is gaan werken. Allereerst is Wilco door zijn zus geholpen met het opknappen van zijn kamer. Een frisse en opgeruimde omgeving, een frisser en opgeruimder hoofd.  Hierna zijn er vele andere zaken in gang gezet: Wilco is wat minder gaan werken en heeft zo meer tijd gecreëerd voor zijn hobby tafeltennissen. Verder heeft Thea erop aangedrongen nog eens goed naar de medicatie te kijken van Wilco. Via een second opinion heeft dit geleid tot een lagere dosering. Wilco voelt zich nu helderder in zijn hoofd, geniet van zijn gerenoveerde kamer en heeft meer tijd om ‘leuke dingen’ te doen. Ook het wekelijks bezoek dat hij van zijn zus krijgt én het bij haar gezin mogen logeren in het weekend draagt bij aan het verdere herstel en vergroot zijn levensgeluk. Dat hij nu eens zelf met een vakantie-idee heeft aangeklopt bij zijn woonbegeleiders is iets dat een jaar geleden beslist ondenkbaar zou zijn geweest!

Empowerment heeft veel te maken met het stimuleren van persoonlijke verantwoordelijkheid. Dat zien we in het volgende voorbeeld: De zoon van de heer Maasdam, Stanley, is na jaren bij zijn moeder te hebben gewoond weer bij zijn vader ingetrokken. Voor vader vreemd om na zoveel jaar weer de ouderrol te moeten gaan vervullen, maar hij probeert op alle mogelijke manieren Stanley weer de verantwoordelijkheid te geven over zijn eigen leven. Gaat zoon stappen? “Prima”, volgens vader. “Ga vooral, maar zeg wel even hoe laat je ongeveer thuis denkt te zijn.” Verveel je je? vader: “Ik ga graag een keer met je kijken in de Buurtkamer, maar daarna ga je zelf!” Geldzorgen? “Ik wil best tijdelijk je geld beheren en weekgeld geven, maar ik ga je geen geld lenen of je bewindvoerder worden.” En zo zijn er vele voorbeelden van deze vader te noemen waarbij hij zijn zoon stapje voor stapje weer helpt de regie te nemen over zijn eigen leven. 

Geen opmerkingen: